Respect Leskanaal
by Respect Foundation - Week van Respect

VSO-Wat is ECHT?!

1 / 41
volgende
Slide 1: Tekstslide
BurgerschapMentorles+1Voortgezet speciaal onderwijs

In deze les zitten 41 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 60 min

Introductie

Deze les gaat over: Echt?! Wat is echt en hoe weet je dat> Maar ook: wie bepaalt wat echt is en hoe stel je je mening bij. Er zijn verschillende stemmen, bronnen en dus ook waarheden? Echt roept ECHT veel vragen op! Ga op ontdekking welke verschillende mogelijkheden er allemaal zijn: van kleine dingen tot grote thema’s. Want, hoe gek het ook klinkt, wat voor jou écht echt is, is dat niet automatisch voor een ander. Doel van de les Leerlingen leren het verschil tussen feiten en fictie. Ze gaan in dialoog over verschillende onderwerpen en verkennen welke invalshoeken er bestaan in het kader van ‘echt’. Ze bespreken waar de informatie vandaan komt, wat ze zelf vinden en wat een ander denkt. Werkvormen Dialoogvoeren, samenwerken en je mening geven en onderbouwen. Competenties/ vaardigheden Open staan voor de ander, reflecteren, keuzes maken, mening onderbouwen, luistervaardigheid, kritisch denken en zelfregulatie. Deze les vindt aansluiting bij de burgerschapsdomeinen & doelen van: - Denk- en handelswijzen - Democratische cultuur - Diversiteit - Technologisch Burgerschap (De gekozen onderwerpen die middels dit spel besproken worden raken wellicht ook andere domeinen en doelen) Voorbereiding: Voorbereiding voor de docent: de spelkaartjes zijn ingedeeld in drie niveaus. Grofweg gaan ze van veilige naar pittige onderwerpen maar je kan zelf kiezen welke kaartjes de klas gaat spelen. Als docent bepaal je zelf welke kaartjes je wil uitdelen aan de groepjes, waar zij het gesprek over gaan hebben. Je kunt voor de veilige onderwerpen gaan, de pittige, of een mix maken! Je kunt de lege kaartjes gebruiken om zelf onderwerpen toe te voegen. Let op: je moet als docent dus wel de kaartjes zelf uitknippen en voorbereiden voor de groepjes! 1 werkblad en 1 knipvel per groepje of tweetal.

Instructies

Speelbord
Bij de bijlage zit een speelbord waar de leerlingen mee aan de slag gaan in twee- of viertallen.

Knipvel
Bij het speelbord hoort een knipvel met de kaartjes voor het spel. Je kunt ook zelf kaartjes toevoegen. Gebruik hiervoor de lege kaartjes.

De speelborden en knipvellen zijn gemaakt op A2 formaat, maar is ook downloadbaar en printbaar op A3. Op A2 formaat is hij te bestellen via onze webshop: www.weekvanrespect.nl/shop of laat het zelf afdrukken!

Burgerschap
Met deze les werk je aan de volgende actuele burgerschapskerndoelen:

  • Kerndoel 1. Veilige schoolcultuur:
  • Zorgen voor een veilige schoolomgeving met aandacht voor diversiteit en inclusie.
  • Stimuleren van kritische denkvaardigheden, morele en ethische oordeelsvorming en het offline en online respectvol communiceren daarover.
  • Samen met leerlingen vormgeven van een democratische cultuur

  • Kerndoel 2. Diversiteit:
  • Verkennen van en reflecteren op de eigen offline en online identiteit in relatie tot anderen.
  • In gedrag rekening houden met ervaringen en perspectieven van anderen.

  • Kerndoel 5. Democratische betrokkenheid:
  • Communiceren op respectvolle wijze
  • Leren omgaan met de wensen en de stem van de minderheid in besluitvormingsprocessen
  • Kerndoel 6. Maatschappelijke vraagstukken:
  • Uitdrukken van persoonlijke idealen en opvattingen.
  • Reflecteren hoe de eigen identiteit en waarden het handelen kunnen beïnvloeden.

Digitale geletterdheid
Met deze les werk je aan de volgende actuele kerndoelen:
  • Kerndoel 2. Digitale media en informatie:
  • Beoordelen van aangeboden en gevonden informatie op betrouwbaarheid en bruikbaarheid.
  • Kerndoel 8. Digitale technologie, jezelf en de ander
  • Evalueren van de invloed van digitale technologie en digitale media op eigen denken en gedrag en op de interactie met anderen.
  • Kerndoel 9. Digitale technologie, de samenleving en de wereld
  • Redeneren over kansen en risico’s van het gebruik van digitale technologie in de samenleving vanuit ethisch, sociaal, economisch en ecologisch perspectief

Instructies

Werkbladen

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Deze les gaat over: Echt?!
Wat is echt en hoe weet je dat>
Maar ook: wie bepaalt wat echt is en hoe stel je je mening bij.  
Er zijn verschillende stemmen, bronnen en dus ook waarheden?
Echt roept ECHT veel vragen op!  

Ga op ontdekking welke verschillende mogelijkheden er allemaal zijn: van kleine dingen tot grote thema’s. Want, hoe gek het ook klinkt, wat voor jou écht echt is, is dat niet automatisch voor een ander.


Slide 2 - Tekstslide

Voor we beginnen….

Wat maakt de mens anders dan dieren?
Nou, mensen kunnen dingen verzinnen. Wij hebben fantasie.

Wij zijn de enige wezens die dat kunnen, boeiend hè!

Slide 3 - Tekstslide

Hoe gaan we dat doen?

Jullie hebben net ontdekt dat het best lastig is.
Hoe gaan we ermee aan de slag?

We gaan het makkelijk maken door eerst te kijken naar wie, wat, waar!

1.    Wie bepaalt er wat echt is?
2.   Wat voor/ welke informatie is er?
3.   Waar haal je de informatie vandaa
n?

Slide 4 - Tekstslide

Hoe weet je wat echt is?

Maar als we dingen kunnen bedenken en verzinnen, hoe weet je dan of iets echt is of niet?

Stel de klas de vraag 'Hoe weet je of iets echt is of verzonnen?'

Vraag een aantal leerlingen om een reactie.

Niet zo makkelijk. We gaan deze vraag nog wat verder uitpluizen!

Slide 5 - Tekstslide

 Wie bepaalt er wat echt is?

Slide 6 - Tekstslide

Wie: wie bepaalt?

Zijn dat alleen belangrijke mensen die dat bepalen?
Ergens in een kantoor of op het paleis?
Mensen die veel macht hebben misschien?
De Koning, ministers, rechters, wetenschappers?

Mensen met macht bepalen zeker een hoop, maar dat doen ze eigenlijk nooit alleen.
De politiek bepaalt een hoop.
De Eerste en Tweede Kamer bepaalt de wet.
In de wet staan ook dingen vast, en handhavers (politie) en rechters houden dat dan weer in de gaten.

Maar wat dacht je van onderzoekers die proberen te ontdekken hoe alles ‘echt’ zit?

Eigenlijk wordt wat ‘echt’ is door heel veel verschillende mensen samen bepaald.
En daar moet JIJ altijd nog je eigen weg in vinden.

Slide 7 - Tekstslide

Wie? Opvoeding van thuis!

Dan nog een ‘Wie’!
Er zijn ook verschillende mensen die invloed hebben op wat JIJ zelf denkt.
Je neemt bijvoorbeeld een heleboel mee van je opvoeding en familie.
Je vader en moeder hebben dat weer van hun ouders meegekregen en leren dat dan weer aan jou! Zoals wat lekker of gezond is om te eten of welke programma’s op tv jullie kijken en welke niet. En wat hoort en niet hoort.

Dit is bij iedereen anders en dat bepaalt voor jou dan ook weer een stukje ‘echt’.

Slide 8 - Tekstslide

Wat / welke informatie is beschikbaar?

Slide 9 - Tekstslide

Wat: de tijd waarin we leven (tijdgeest)

De tijd waarin je leeft is ook heel belangrijk! Vroeger geloofde men in heel andere dingen dan nu. Dat heeft te maken met de kennis die er vroeger beschikbaar was en wat we nu allemaal weten...

TIP: Kies één van de twee volgende slides als voorbeeld of gebruik ze beide om te illustreren hoe de tijdgeest je beeld bepaalt!

Slide 10 - Tekstslide

Voorbeeld: draken bestaan ECHT hoor !

Wist je bijvoorbeeld dat de mensen vroeger écht geloofden in draken?
Maar dat is ook helemaal niet zo gek. Want stel je voor dat je heel erg lang geleden leefde, nog voordat er televisie of internet of zelfs elektriciteit was. En je vond een megagroot skelet of een heel erg groot bot…

Nú weten we door onderzoeken dat er voor ons dinosauriërs op onze planeet woonden.
Maar stiekem lijken draken en dino’s best wel op elkaar, of niet…?!

Slide 11 - Tekstslide

Voorbeeld: Roken

Vroeger dacht men dat roken heel gezond was maar nu weten we dat dat écht niet zo is!
Wat vinden jullie daarvan? Dat is best bizar, toch?!

Roken zorgt voor ontspanning. Dat zeiden ze vroeger. Het werd daarom als ‘goed voor je’ bestempeld.

Tja, dat is geen ‘onwaarheid’, maar de nadelen van een sigaretje wegen natuurlijk niet op tegen even relaxen.

Slide 12 - Tekstslide

Waar haal je je informatie vandaan?

Slide 13 - Tekstslide

Waar haal je je informatie vandaan?

Dan nog de ‘waar’.
Waar haal je je informatie vandaan?
Wie of wat is je bron? (Zo noem je dat.)

Volg het scenario op deze en de volgende set slides.

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 16 - Tekstslide

Wat vinden jullie hiervan?

Bespreek dit verhaal met de klas:
Wie gelooft dit?
Wat vinden jullie hiervan?
Klinkt het geloofwaardig als de buurman de bron is?
Wat geloof jij eerder: als deze meneer het ergens heeft gelezen of als de buurman het zei?

Slide 17 - Tekstslide

En nu...?

En wat als de buurman Freek is?!

Freek Vonk weet toch wel waar hij het over heeft. Hij is bioloog, toch?

Wat vinden we nu?

Dat klinkt ineens een stuk betrouwbaarder.

Slide 18 - Tekstslide

Kortom...
kijk altijd waar de informatie vandaan komt!

Optioneel:
Brainstorm betrouwbare bron en info
Bespreek met elkaar welke informatiebronnen je ziet als betrouwbaar en welke niet. Schrijf mee op het bord.
Denk aan: de krant, social media, ‘van horen zeggen’, de leerkracht, een boek…

Leg aan de klas uit dat het soms best oké is om op je gevoel af te gaan, maar dat het nog beter is om het daarna altijd even zelf op/uit te zoeken!

Slide 19 - Tekstslide

Oké... tijd voor het ECHT-spel!

Leg het spel klassikaal uit.
Verdeel de klas vervolgens in groepjes.
Werk in duo's, drie- of viertallen.
Elk groepje krijgt een speelbord en een aantal kaarten.

TIP: Je kunt de leerlingen ook van links naar rechts laten werken op het bord. Begin bij het vakje ‘echt’ en bespreek in je groepje of het kaartje past op dit eerste vak. Zo ja, plaats dan het kaartje op het bord. Zo nee, ga dan verder naar het vakje ernaast, enz.

Slide 20 - Tekstslide

Kaartjes

Er zijn verschillende kaartjes met verschillende vragen/onderwerpen.

Bespreek elke kaart klassikaal en laat de groepjes daarna overleggen waar ze de kaart plaatsen.

Laat de klas in de groepjes stoeien met de verschillende kaarten/onderwerpen en loop rond om te helpen.

Hier volgen slides van alle kaartjes.
Kies welke jij wil bespreken en maak eventueel gebruik van de beschrijving bij de kaart.

(zie slide 21 tot 31)

Slide 21 - Tekstslide

Is tijd echt?

Soms gaat de tijd snel voorbij en soms juist heeeeeel langzaam. Maar een minuut duurt toch altijd even lang?

En als het hier nacht is, is het aan de andere kant van de wereld juist dag. Welke tijd is dan echt?

Waar past ‘tijd’ volgens jullie op het speelbord?

Slide 22 - Tekstslide

Zijn verhalen echt?

Als iemand een verhaal vertelt, is dat dan echt? Of ligt dat aan het type verhaal
of de verteller?

Hoe zit het met verhalen over de geschiedenis of over je eigen jeugd? En wat zijn sprookjes voor soort verhalen?
Kán een verhaal wel echt zijn?

Bespreek waar jullie deze kaart het beste vinden passen op het speelbord.

Slide 23 - Tekstslide

Is geld echt?

Geld wordt door onszelf ontworpen en gefabriceerd. Is het dan wel echt?  

Is papier- en muntgeld ‘echter’ dan geld op een bankrekening?

En hoe denken jullie over bitcoins?

Waar past 'geld' volgens jullie op het speelbord?

Slide 24 - Tekstslide

Is de online wereld echt?

Is de online wereld net zo echt als de offline wereld?

Je zet meestal iets online met een bepaald doel. Is dat dan de werkelijkheid?

En zijn virtuele vrienden hetzelfde als vrienden die je kunt aanraken?

Waar plaatsen jullie ‘online’ op het speelbord?

Slide 25 - Tekstslide

Zijn reclamefoto's echt?

Foto’s online, in magazines en reclames zijn altijd bewerkt. Maakt dat ze
minder echt?

Als je zelf een foto bewerkt met filters of met photoshop voor bijvoorbeeld je profiel, is het dan hetzelfde als een reclamefoto?

Bespreek waar deze kaart volgens jullie past. 

Slide 26 - Tekstslide

Welk nieuws is echt?

Het nieuws dat je leest of ziet is altijd door mensen gemaakt. Hoe weet je of het echt is? 

Welke nieuws is 'echter' dan het andere en hoe komt dat?

Kijk of jullie ‘nieuws’ kunnen plaatsen op het speelbord.

Slide 27 - Tekstslide

Zijn dromen echt?

'Het was maar een droom', wordt vaak gezegd. Betekent dat dan dat een droom niet echt is? En als je bang of blij bent in die droom, is dat dan ook niet echt?

En hoe zit dat eigenlijk met dagdromen?

Bespreek waar jullie deze kaart het best vinden passen op het speelbord.

Slide 28 - Tekstslide

Is de Klimaat crisis een échte crisis?

Het klimaat is de weerstoestand over een periode van minimaal 30 jaar.

Kun je de weerssituatie wel zover vooruit voorspellen?

En als het voor de één crisis is, is het dat dan ook voor de ander?

Slide 29 - Tekstslide

Zijn meningen echt?

Meningen zijn vaak gebaseerd op overtuigingen. Zijn ze dan  ‘echt’?

Hoe zit dat? Wanneer is jouw mening de waarheid? Hebben jullie daar ideeën over?

In welk vakje vinden jullie dat de kaart ‘meningen’ het beste past?

Slide 30 - Tekstslide

Is een like echt?

Als je een ‘like’ geeft aan een foto of bericht online, is dat dan hetzelfde als
een compliment geven?

Is het één echter dan het ander? Wat vinden jullie hiervan en waarom?

Plaats de kaart samen in een vakje op het speelbord.

Slide 31 - Tekstslide

EIGEN ONDERWERP

Deze kaart is leeg.

Hier kun je zelf een onderwerp, tekst of afbeelding plaatsten om toe te voegen in het ECHT-spel.

Slide 32 - Tekstslide

Nabespreken

Bespreek met de klas hoe ze de opdracht vonden. Loop een aantal groepjes langs en vraag een reactie.

Welke kaartjes vonden jullie moeilijk? Welke juist niet? Waar kwamen jullie echt niet uit? Wat ligt er bij ‘echt!’ Etc.

Maak het interactief door na een kaartje de klas te vragen welk groepje dat kaartje ook had. Hadden zij dezelfde uitkomst?
Je kunt dan een gesprek voeren over dat zelfs binnen deze klas de meningen en uitkomsten al helemaal anders zijn… kun je nagaan!

Slide 33 - Tekstslide

Wie bepaalt uiteindelijk... ehhh... jij zelf!

Sluit de les af met de uitleg dat je vooral altijd zelf moet uitzoeken wat echt is.
Je moet zelf aan de slag met alle bronnen, informatie en zo de waarheid bij elkaar puzzelen!

Je bepaalt uiteindelijk zelf wat je denkt en dus ook waar je in gelooft.
Daarbij is het altijd goed om te bedenken dat iedereen er anders over kan denken.


Extra stof tot nadenken: Jouw waarheid zou misschien anders zijn geweest als je anders was opgevoed, in een hele andere tijd leefde en andere informatie tot je beschikking had gehad…

Het is altijd goed is om zelf je eigen onderzoek te doen, bronnen te checken, goed na te denken én altijd opnieuw te blijven kijken!

Slide 34 - Tekstslide

Vul deze vragenlijst (9 vragen) zelf in of met je klas!
Wij zijn heel blij met alle reacties, tips en feedback.

Alvast bedankt!


Team educatie / Respect Foundation

Slide 35 - Tekstslide

SPECIAAL voor valentijnsdag kun je kiezen voor kaartjes over de liefde! Ruil de nu volgende slides om met slides 20 t/m 30!

Je vindt het juiste knipvel ook in de bijlage.

Slide 36 - Tekstslide

Vlinders in je buik, zijn die echt?

Ze zeggen wel eens dat als je ‘echt’ verliefd bent de bliksem inslaat! Je voelt dan vlinders in je buik.

Is dat gevoel van vlinders echt? Of is het iets wat je zelf bedenkt en daardoor voelt?

Hoe echt kunnen die vlinders eigenlijk zijn?

Slide 37 - Tekstslide

Een gebroken hart, is dat echt?

Kan een gebroken hart daadwerkelijk pijn doen? Tuurlijk breekt hij niet echt door de helft, maar kan je hart wel beschadigd
raken van de liefde?

En kan hij wel weer helen of blijft hij altijd een beetje gebroken...?

Waar plaatsen jullie dit kaartje?

Slide 38 - Tekstslide

Bestaat echte liefde?

Hoe weet je zeker dat je écht van iemand houdt? Kun je dat meten of aantonen?

Soms komt de verliefdheid van één kant. En soms gaat het ook weer over.

Is een gevoel wel echt te  noemen?

Waar past ‘echte liefde’ volgens jullie op het spelbord?

Slide 39 - Tekstslide

Is flirten online echt?

Is flirten online net zo ‘echt’
als face-to-face? Zijn er andere
grenzen online?  Durf je meer
of minder? Voelt online flirten net zo echt?

En hoe zit het met flirten met emoji’s? Kun je daarmee sjansen? Bestaan er digitale vlinders in je buik?

Waar past deze kaart volgens jullie op het speelbord?

Slide 40 - Tekstslide

Altijd samen, is dat echte liefde?

Betekent echte liefde dat je altijd samen bent? Kun je bijvoorbeeld alleen op
vakantie als je verkering hebt? En horen mensen dan ook echt bij elkaar te wonen...
en te trouwen?

En wat als jouw ware in een ander land woont?

Waar past ‘altijd samen’  volgens jullie op het spelbord?

Slide 41 - Tekstslide

EIGEN ONDERWERP

Deze kaart is leeg.

Hier kun je zelf een onderwerp, tekst of afbeelding plaatsten om toe te voegen in het ECHT-spel.